Compass is redundant. Vergelijkbaar met de kassa’s bij de supermarkt: er zijn minimaal 2 kassa’s open. De klanten verdelen zich “vanzelf” over de geopende kassa’s. Compass doet dat ook. Compass heeft altijd minimaal 2 kassa’s open, maar is ingericht om ook te kunnen werken met 3, 4, 5 of nog meer kassa’s. Gesprekken (klanten met gevulde winkelwagens) worden verdeeld over de beschikbare servers.
Zoals dat in de supermarkt ook gaat, je staat altijd in de verkeerde rij. De rij die het langst duurt, die rij die het drukker heeft dan de anderen. In de supermarkt vervelend, maar het opzetten van een gesprek gebeurt in milliseconden, dus daar zal niemand wakker van liggen. Als er maar voldoende gesprekken binnenkomen, dan wordt de load grofweg wel over de verschillende servers (kassa’s) verdeeld.
Stel nu dat er een kassa stuk gaat. Dan moeten de klanten naar 1 van de andere kassa’s gestuurd worden. Ook dit is in de supermarkt vervelend, omdat je al snel enkele wachtenden voor je hebt, maar in Compass gaat dit sneller: nieuwe calls gaan direct naar een andere server, die WEL werkt. In het ergste geval, als de storing heel groot is, kan een lopend gesprek verbroken worden.
Compass is zo ingericht, dat 1 geheel datacenter mag uitvallen, en Compass toch doorwerkt. Als 1 server uitvalt, krijgen de andere servers het natuurlijk drukker. Voorbeeld: Je hebt 2 servers die ieder 5 gesprekken per seconde krijgen. Als er 1 uitvalt, zal die ene overgebleven server 10 gesprekken per seconde moeten kunnen verwerken. Om dit te regelen, hebben beide servers wel altijd 50% capaciteit over hebben.
In de supermarkt is het nog de klant, die met zijn winkelwagen naar een andere kassa moet lopen: vervelend. In Compass is dat mooier: de klant, u, merkt er helemaal niets van, maar ondertussen wordt de SpeakUp-storingsdienst wel direct gewaarschuwd, dag en nacht. Zodra 1 kassa defect is, moet hij natuurlijk wel direct gerepareerd worden, want je weet nooit wanneer de volgende kassa het begeeft… Belt u rustig verder!